belastingschaal

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord belastingschaal. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord belastingschaal, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je belastingschaal in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord belastingschaal is hier. De definitie van het woord belastingschaal zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanbelastingschaal, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·las·ting·schaal
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord belastingschaal belastingschalen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de belastingschaalv / m

  1. inkomensklassen waarover men verschillende belastingtarieven moet betalen (de laagste inkomensklassen betalen een lager percentage belasting)
     De rijkste Fransen moeten 40 procent belasting betalen over hun inkomsten, blijkt uit cijfers van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) In ons land betaalt de hoogste belastingschaal veel meer inkomstenbelasting, zo'n 52 procent.
     De jongeren willen de AOW-leeftijd vanaf volgend jaar jaarlijks met een half jaar laten stijgen tot 69 jaar. In het plan staat ook dat de hypotheekrenteaftrek in tien jaar tijd wordt versoberd naar de laagste belastingschaal.

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Bronlink geraadpleegd op 2 november 2021 Weblink bron “Rijke Fransen willen ook van hun geld af” (24-08-2011), NOS
  3. Bronlink geraadpleegd op 2 november 2021 Weblink bron “Jongeren sluiten 'Catshuisakkoord'” (12-04-2012), NOS