Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
boezel. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
boezel, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
boezel in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
boezel is hier. De definitie van het woord
boezel zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
boezel, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
het boezel o [2]
- stof waarvan boezelaars zijn gemaakt
de boezel m
- keukenschort gedragen om de kleding tegen morsen te beschermen
- ▸ En een andere dame, die een meer structureel pleidooi hield voor Nederlandse werkgelegenheid, schreef rond dezelfde tijd in het Algemeen Handelsblad: 'Kom Antje, Grietje en Dien, met uw frissche, roode koonen, met uw helder katoenen japonnetje en hagelwitten boezel, met uw stevige arm en handen die naar werken staan, vreest gij den strijd met de bleeke meisjes en juffers van ginds?'[3]
21 % |
van de Nederlanders;
|
19 % |
van de Vlamingen.[4]
|