bondsbestuurder

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord bondsbestuurder. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord bondsbestuurder, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je bondsbestuurder in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord bondsbestuurder is hier. De definitie van het woord bondsbestuurder zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanbondsbestuurder, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • bonds·be·stuur·der
enkelvoud meervoud
naamwoord bondsbestuurder bondsbestuurders
verkleinwoord

de bondsbestuurderm

  1. leidinggevende van een sportbond of vakbond
     Een maand na het WK in Brazilië werd bekend dat de bondsbestuurder zichzelf royale bonussen had uitgekeerd, bovenop een al even royaal jaarsalaris. Na de voetbalhype - die België een zomer in de greep had - kwamen de eerste haarscheurtjes in het onkreukbare imago van Martens, ook al waste hij zijn handen in onschuld. Hoge bomen vangen nu eenmaal veel wind, betoogde de achterban van Martens.[1]
     FNV Bondgenoten is ook blij met de doorstart, al benadrukt bondsbestuurder Paas dat er niet voor alle werknemers ruimte is bij het nieuwe busbedrijf. "Er is voor 200 mensen werk, maar dus niet voor iedereen", zegt Paas. Ze verwacht dat er zo'n veertig mensen buiten de boot vallen.[2]


  1. Bronlink geraadpleegd op 1 februari 2023 Weblink bron “Des Duivels: WK-kater Rode Duivels?” (Donderdag 29 januari 2015, 10:29), NOS
  2. Bronlink geraadpleegd op 1 februari 2023 Weblink bron “Bonden: dubbel gevoel bij doorstart” (Zondag 29 september 2013, 21:33), NOS