bosschaatsenrijder

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord bosschaatsenrijder. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord bosschaatsenrijder, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je bosschaatsenrijder in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord bosschaatsenrijder is hier. De definitie van het woord bosschaatsenrijder zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanbosschaatsenrijder, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • (IPA in voorbereiding)
  • bos·schaat·sen·rij·der
enkelvoud meervoud
naamwoord bosschaatsenrijder bosschaatsenrijders
verkleinwoord bosschaatsenrijdertje bosschaatsenrijdertjes

de bosschaatsenrijderm

  1. (halfvleugeligen) Gerris gibbifer op Wikispecies een wants uit de familie van de Gerridae (Schaatsenrijders). De soort werd het eerst wetenschappelijk beschreven door Theodor Emil Schummel in 1832