bruinkraagboskalkoen

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord bruinkraagboskalkoen. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord bruinkraagboskalkoen, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je bruinkraagboskalkoen in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord bruinkraagboskalkoen is hier. De definitie van het woord bruinkraagboskalkoen zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanbruinkraagboskalkoen, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • (IPA in voorbereiding)
  • bruin·kraag·bos·kal·koen
enkelvoud meervoud
naamwoord bruinkraagboskalkoen bruinkraagboskalkoenen
verkleinwoord bruinkraagboskalkoentje bruinkraagboskalkoentjes

de bruinkraagboskalkoenm

  1. (hoendervogels) Talegalla jobiensis op Wikispecies een vogel uit de familie grootpoothoenders (Megapodiidae). De wetenschappelijke naam van de soort is voor het eerst geldig gepubliceerd in 1874 door Meyer. Het is een endemische vogelsoort uit Nieuw-Guinea