cannabisgebruiker
Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord cannabisgebruiker. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord cannabisgebruiker, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je cannabisgebruiker in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord cannabisgebruiker is hier. De definitie van het woord cannabisgebruiker zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vancannabisgebruiker, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- can·na·bis·ge·brui·ker
- samenstelling van cannabis zn en gebruiker zn
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | cannabisgebruiker | cannabisgebruikers |
| verkleinwoord |
de cannabisgebruiker m
- persoon die wiet consumeert
- ▸ Jan van Piekeren, woordvoerder van CSC Domstad, wil graag beginnen met de teelt. Maar hij is bang dat het nog een tijd duurt voor het zover is. "Na dertig jaar gedoogbeleid zit de recreatieve cannabisgebruiker nog steeds in de kast. De homo’s zijn geëmancipeerd maar wij zitten nog steeds vast. Het wordt hoog tijd voor een grote coming out!" Hij wil met CSC Domstad zorgen dat de leden niet meer afhankelijk zijn van de wisselende kwaliteit van de wiet in coffeeshops.[1]
- ▸ Tegelijkertijd is ruim de helft van de jongvolwassenen geen zware drinker, roker of cannabisgebruiker. Dat is wel nog steeds minder dan bij de 25-plussers: van hen valt ruim twee derde niet voor de drie verleidingen.[2]
- Het woord cannabisgebruiker staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑
Weblink bron “Gemeenten negeren verbod regulering wietteelt” (Donderdag 25 juni 2015, 17:04), NOS
- ↑ Weblink bron “Ruim een derde van de jongvolwassenen rookt” (Donderdag 26 januari 2017, 02:06), NOS
