dassenburcht

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord dassenburcht. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord dassenburcht, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je dassenburcht in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord dassenburcht is hier. De definitie van het woord dassenburcht zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vandassenburcht, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
ingangen van een dassenburcht
  • das·sen·burcht
enkelvoud meervoud
naamwoord dassenburcht dassenburchten
verkleinwoord

de dassenburchtv / m

  1. hol van een das (Meles meles) dat vaak een heel gangenstelsel is
    • ‘Dit is nieuw voor mij.” Blijdschap én kwaadheid maken zich meester van Jaap Dirkmaat, verwoed dassenbeschermer, als hij verse sporen gewaar wordt bij de ingang van een verlaten dassenburcht. Even buiten Nijmegen, op een voormalig landgoed in de buurt van Malden. Verheugd is Dirkmaat dat de burcht blijkbaar weer door dassen wordt gebruikt, nadat de fraaie zoogdieren ruim een jaar geleden waren verjaagd door „lieden” die het slecht met het landroofdier voor hebben. Er was op ze geschoten. Holen waren dichtgegooid. Er was gif gestrooid. Er was zelfs een hoogzit geplaatst van waaruit op de beschermde diersoort werd gejaagd.[2] 
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. NRC Arjen Schreuder 20 oktober 2016