eropuit
Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord eropuit. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord eropuit, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je eropuit in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord eropuit is hier. De definitie van het woord eropuit zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vaneropuit, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- er·op·uit
eropuit
- actief een doel nastrevend
- Hij was eropuit om zijn rivaal buiten spel te zetten.
- De spelling van dit woord kan met recht een knelpunt van de Nederlandse spelling genoemd worden.
Het is niet duidelijk hoe de ontkennende versie van de bovenstaande zin te schrijven is.
- Hij was er niet opuit om zijn rivaal buiten spel te zetten.
- Hij was er niet op uit om zijn rivaal buiten spel te zetten.
Een bijwoord *opuit komt niet in de Woordenlijst voor, dit in tegenstelling tot bijvoorbeeld: ernaartoe -> er niet naartoe
- Het woord eropuit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "eropuit" herkend door:
| 87 % | van de Nederlanders; |
| 79 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
