familiehulp

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord familiehulp. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord familiehulp, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je familiehulp in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord familiehulp is hier. De definitie van het woord familiehulp zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanfamiliehulp, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • fa·mi·lie·hulp
enkelvoud meervoud
naamwoord familiehulp familiehulpen
verkleinwoord

de familiehulpv / m

  1. professionele hulp aan families en gezinnen
     De dertig tot veertig medewerkers willen dat de gemeente bij een faillissement van thuiszorgorganisatie TSN in zee gaat met de Stichting Familiehulp, die onderdeel is van Buurtzorg. Volgens Omroep Gelderland blijven de thuiszorgmedewerkers in het gemeentehuis tot de wethouder met een voorstel komt.[1]
  2. hulp die geleverd wordt door familieleden
     De zorgorganisatie Vierstroom begint in Bergambacht en Vlist een proef met familiehulp in verpleeghuizen voor demente mensen. De familieleden hoeven geen taken te doen als wassen en aankleden, maar ze moeten bijvoorbeeld wel gezelschap en toezicht houden.[2]
  1. Bronlink geraadpleegd op 2 november 2023 Weblink bron “Thuiszorgmedewerkers bezetten gemeentehuis Bronckhorst” (Vrijdag 19 februari 2016, 13:31), NOS
  2. Bronlink geraadpleegd op 2 november 2023 Weblink bron “Gemengde reacties plan familiehulp” (Donderdag 2 augustus 2012, 18:15), NOS