gardeofficier
Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord gardeofficier. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord gardeofficier, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je gardeofficier in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord gardeofficier is hier. De definitie van het woord gardeofficier zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vangardeofficier, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- gar·de·of·fi·cier
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | gardeofficier | gardeofficiers gardeofficieren |
| verkleinwoord |
de gardeofficier m
- (militair) bevelhebber van keurtroepen
- ▸ Op hetzelfde moment verschenen achter haar in de deuropening een student met een frambozenrode kraag, een gardeofficier, een vijftienjarig meisje en een mollig jongetje met rode wangetjes in een speelpakje.[2]
- ▸ Buurtbewoners vonden er naar eigen zeggen de afgelopen jaren oude munten uit die tijd in hun tuin, waaronder een „Louis d’Or". D’Artagnan was gardeofficier van de Franse Zonnekoning Lodewijk (Louis) XIV, die de belegering van Maastricht persoonlijk leidde. De Fransen bezetten Maastricht vervolgens van 1673 tot 1679.[3]
- Het woord gardeofficier staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ “Oorlog en Vrede” (1869), van Oorschot, ISBN 978902825115 1
- ↑
Weblink bron “Skeletten Maastricht mogelijk Franse musketiers” (5 mei 2004), Reformatorisch Dagblad
