gribus

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord gribus. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord gribus, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je gribus in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord gribus is hier. De definitie van het woord gribus zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vangribus, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • gri·bus
  • Leenwoord uit het ?, in de betekenis van ‘bouwvallige woning of buurt’ voor het eerst aangetroffen in 1709 [1]
  • [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord gribus gribussen
verkleinwoord - -

de gribusm [3]

  1. bouwvallig of onooglijk verblijf, bouwvallige woning, bouwval, rotzooi
  2. achterbuurt
74 % van de Nederlanders;
20 % van de Vlamingen.[4]