groeier

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord groeier. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord groeier, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je groeier in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord groeier is hier. De definitie van het woord groeier zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vangroeier, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • groei·er
enkelvoud meervoud
naamwoord groeier groeiers
verkleinwoord groeiertje groeiertjes

de groeierm

  1. iets of iemand die in omgang toeneemt
    • Het varken staat bekend als een langzame groeier. Een volwassen weegt volgens het vakblad Levende Have 350 kilo, een beer 400 kilo. „En het vlees is bijzonder lekker”, weet Amund Pierik uit ervaring. [2] 
    • Uitzendorganisatie In Person heeft de omzet vorig jaar met 62 procent zien stijgen tot 101 miljoen euro. Bij de middelgrote bureaus is de Twentse uitzendorganisatie daarmee de snelste groeier van Nederland. [3] 
    • De gemeente Diemen was de grootste groeier. Daar bedroeg de toename van het aantal nieuwbouw bijna 5 procent: in totaal werden er 638 nieuwbouwwoningen opgeleverd. Amsterdam spant, traditiegetrouw de kroon. Daar werden vorig jaar 7.263 nieuwbouwhuizen opgeleverd. [4] 
87 % van de Nederlanders;
83 % van de Vlamingen.[5]