hotelmanager

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord hotelmanager. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord hotelmanager, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je hotelmanager in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord hotelmanager is hier. De definitie van het woord hotelmanager zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanhotelmanager, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • ho·tel·ma·na·ger
enkelvoud meervoud
naamwoord hotelmanager hotelmanagers
verkleinwoord

de hotelmanagerm

  1. (beroep) directeur, leidinggevende, beheerder van een hotel
    • Alleen de Arabieren blijven komen, constateert de hotelmanager. „Die leven altijd in chaos, zij zijn het gewend. Europeanen zijn niet gewend aan bommen. Daarom zijn ze bang en ze hebben gelijk.” [1] 
     Onder het koken vertelde Barbie mij over zijn werk als hotelmanager en hoe zwaar het was om jarenlang voor dag en dauw op te moeten staan en op alle feestdagen te moeten werken.[2]
100 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[3]
  1. NRC Marloes de Koning Mark Duursma 30 juni 2016
  2. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers op Wikipedia
  3. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be