kapothoedje

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord kapothoedje. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord kapothoedje, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je kapothoedje in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord kapothoedje is hier. De definitie van het woord kapothoedje zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vankapothoedje, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.


kapothoedje
  • ka·pot·hoed·je
enkelvoud meervoud
naamwoord kapothoedje kapothoedjes
verkleinwoord

het kapothoedjeo

  1. dameshoed zonder rand met verhoogde voorrand en achterzijde geopend
     Ze zag er precies uit als altijd, met haar eenvoudige serge mantel en de katoenen japon, die er even onderuit kwam; haar zwarte kapothoedje, onder de kin vastgebonden met een grijs lint, deed de bleekheid van haar gezicht sterker uitkomen en verborg het grijsbruine haar, dat altijd weinig flatteus naar achteren was getrokken.[1]
  1. Victoria Holt
    “Burcht der verschrikking” (1966), Saga, ISBN 9788726484878