kasplant

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord kasplant. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord kasplant, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je kasplant in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord kasplant is hier. De definitie van het woord kasplant zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vankasplant, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • kas·plant
enkelvoud meervoud
naamwoord kasplant kasplanten
verkleinwoord kasplantje kasplantjes
  1. (tuinbouw) een plant geweekt in een broeikas
    • Kasplanten groeien niet in de volle grond.[1] 
  2. dim. tant., (figuurlijk) kasplantje een onweerbaar of weinig weerbaar persoon.
    • Toen de man in coma raakte leefde hij nog twee weken als kasplantje. 
98 % van de Nederlanders;
86 % van de Vlamingen.[2]
  1. De inrichting van de tuin, Petershof-Weustenrade
  2. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be