krijgshaftigheid

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord krijgshaftigheid. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord krijgshaftigheid, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je krijgshaftigheid in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord krijgshaftigheid is hier. De definitie van het woord krijgshaftigheid zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vankrijgshaftigheid, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • krijgs·haf·tig·heid
enkelvoud meervoud
naamwoord krijgshaftigheid krijgshaftigheden
verkleinwoord

de krijgshaftigheidv

  1. het geneigd zijn om oorlog te voeren als eigenschap; het durven om oorlog te voeren als eigenschap
     Het was het begin van de campagne, wanneer de troepen er nog tiptop uitzien, bijna zoals bij manoeuvres in vredestijd, maar al met dat tikje feestelijke krijgshaftigheid in hun kleding en dat zweempje vrolijkheid en ondernemendheid in hun gedrag, waarmee het begin van een campagne altijd gepaard gaat.[1]
  2. neiging om oorlog te voeren
  1. “Oorlog en Vrede” (1869), G.A. van Oorschot op Wikipedia, ISBN 9789028251151