luisterde
Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord luisterde. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord luisterde, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je luisterde in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord luisterde is hier. De definitie van het woord luisterde zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanluisterde, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- luis·ter·de
| vervoeging van |
|---|
| luisteren |
luisterde
- enkelvoud verleden tijd van luisteren
- Ik luisterde.
- Jij luisterde.
- Hij, zij, het luisterde.
- Ik luisterde.
- ▸ Midden in de nacht schrok ik wakker van een aantal knallen snel achter elkaar, ta-ta-ta-ta… ta-ta-ta! Ik ging rechtop zitten en luisterde met gespitste oren waar het geluid vandaan kwam.[1]
- Het woord luisterde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
