nieuwbouwwoning

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord nieuwbouwwoning. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord nieuwbouwwoning, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je nieuwbouwwoning in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord nieuwbouwwoning is hier. De definitie van het woord nieuwbouwwoning zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vannieuwbouwwoning, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • nieuw·bouw·wo·ning
enkelvoud meervoud
naamwoord nieuwbouwwoning nieuwbouwwoningen
verkleinwoord nieuwbouwwoninkje nieuwbouwwoninkjes

de nieuwbouwwoningv

  1. een recent gebouwde woning
     Voor het derde kwartaal op rij steeg het aantal verkochte nieuwbouwwoningen. Maar historisch gezien gaat het nog steeds om weinig woningen. NVM-makelaars verkochten ruim 5000 nieuwbouwwoningen in drie maanden tijd. Begin 2021 waren dat er nog meer dan 9000.[1]
     Nieuwbouwwoningen waren een tijd minder in trek. En historisch gezien zijn de verkoopcijfers nog steeds aan de lage kant, zegt de NVM. Maar voor het derde kwartaal op rij steeg het aantal verkopen wel. Er werden 6100 nieuwbouwhuizen verkocht, 6 procent meer dan een kwartaal eerder. Er staan nog wel veel nieuwbouwhuizen te koop, namelijk bijna 20.000. Dat is het hoogste aantal sinds 2016.[2]
  1. Bronlink geraadpleegd op 16 maart 2024 Weblink bron “Huizenprijzen zijn voor tweede kwartaal op rij gestegen” (5 oktober 2023, 10:00), NOS
  2. Bronlink geraadpleegd op 16 maart 2024 Weblink bron “Huizenprijzen stijgen voor derde kwartaal op rij, krapte neemt toe” (11 januari 2024 10:00), NOS