nieuwelinge

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord nieuwelinge. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord nieuwelinge, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je nieuwelinge in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord nieuwelinge is hier. De definitie van het woord nieuwelinge zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vannieuwelinge, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.


  • nieu·we·lin·ge
enkelvoud meervoud
naamwoord nieuwelinge nieuwelinges
verkleinwoord nieuwelingetje nieuwelingetjes

de nieuwelingev

  1. vrouwelijke beginner
     Neel Seelig had de moed niet er op af te dalen en de oudsten reden met hun jongens of lieten zich trekken; Anna en Marietje en Marijtje waren lange meiden al en Leentje was er en de nieuwelinge.[1]
  1. “Jaap” (1923), Saga, ISBN 9788728433294