onaanzienlijkheid

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord onaanzienlijkheid. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord onaanzienlijkheid, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je onaanzienlijkheid in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord onaanzienlijkheid is hier. De definitie van het woord onaanzienlijkheid zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanonaanzienlijkheid, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • on·aan·zien·lijk·heid
enkelvoud meervoud
naamwoord onaanzienlijkheid
verkleinwoord

de onaanzienlijkheidv

  1. het niet opmerkelijk zijn
     Zij waren niet mooi, niet aantrekkelijk, maar afstotend evenmin, en hun onaanzienlijkheid had ze geen harde, bittere trekken gegeven.[2]
     Het is wel zo makkelijk om in het rijk van de geest te verblijven. Dat scheelt wanhopige strooptochten door intimiderende kledingwinkels, waarbij in elk pashokje dezelfde moedeloos makende conclusie zich opdringt: deze outfit staat mij van geen kanten, ik zie eruit als een idioot, snel wegwezen en terug naar de veilige onaanzienlijkheid.[3]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. “Advocaat van de Hanen” (1990), De Bezige Bij op Wikipedia, ISBN 9789023479925
  3. Bronlink geraadpleegd op 9 maart 2022 Weblink bron
    Geschreven door:Beatrijs Ritsema
    “De slonzigheid van 50-plussers” (12/12/2012), HP de Tijd