Geluid: opstuwend (hulp, bestand) op·stu·wend opstuwend onvoltooid deelwoord van opstuwen...
Geluid: opstuw (hulp, bestand) op·stuw opstuw (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opstuwen ... dat ik opstuw. ...
Geluid: opstuwende (hulp, bestand) op·stu·wen·de opstuwende verbogen vorm van opstuwend, het onvoltooid deelwoord van opstuwen Het woord 'opstuwende' staat...
Geluid: opstuwen (hulp, bestand) op·stu·wen samenstelling van op en stuwen ww opstuwen van water dat het door bijvoorbeeld een stuw of door de...
Geluid: opstuwingen (hulp, bestand) op·stu·win·gen de opstuwingen mv meervoud van het zelfstandig naamwoord opstuwing...
Geluid: opstuwing (hulp, bestand) op·stu·wing Naamwoord van handeling van opstuwen met het achtervoegsel -ing de opstuwing v het naar boven en naar...
tijd van opstuwen Ik stuw op. gebiedende wijs van opstuwen Stuw op! (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opstuwen Stuw je op...
op·ge·stuwd vervoeging van opstuwen: voltooid deelwoord, op te vatten als samenstelling van op bw en gestuwd ww opgestuwd voltooid deelwoord van opstuwen...
van opstuwen Jij stuwt op. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opstuwen Hij stuwt op. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van opstuwen Stuwt...
enkelvoud tegenwoordige tijd van opstuwen ... dat jij opstuwt. (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opstuwen ... dat hij opstuwt. ...