Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
opviel. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
opviel, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
opviel in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
opviel is hier. De definitie van het woord
opviel zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
opviel, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
opviel
- (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van opvallen
- ... dat ik opviel.
- ... dat jij opviel.
- ... dat hij, zij, het opviel.
- ▸ Eén jongen die me direct opviel door zijn gigantische rode baard vertelde me dat hij een houthakker uit Tennessee was.[1]
- ↑
Tim Voors
“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers