opzetter

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord opzetter. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord opzetter, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je opzetter in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord opzetter is hier. De definitie van het woord opzetter zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanopzetter, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • op·zet·ter
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord opzetter opzetters
verkleinwoord opzettertje opzettertjes

Zelfstandig naamwoord

de opzetterm

  1. iemand die dieren prepareert zodat ze tentoongesteld kunnen worden
    • Maar gaandeweg verschuift de aandacht van de opzetters en hun problemen naar de eigenaars van de beesten en hun beweegredenen.  
    • Samen met een taxidermist (een opzetter van dieren) omwikkelde ze de vis met in formaline gedrenkte doeken, in de hoop hem in elk geval goed te kunnen houden tot een ichtyoloog (vissendeskundige) hem zou onderzoeken.  
  2. iemand die een activiteit start
    • Fons van Westerloo (50) is in Nederland kampioen opzetter van televisiezenders. Of beter uitgedrukt - corrigeert hij gezeten in de Amsterdamse burelen van SBS6, waarvan hij thans directeur is - “opzetten of uit het slop halen”.  
Synoniemen

Gangbaarheid

84 % van de Nederlanders;
84 % van de Vlamingen.

Verwijzingen