orgelmuziek

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord orgelmuziek. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord orgelmuziek, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je orgelmuziek in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord orgelmuziek is hier. De definitie van het woord orgelmuziek zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanorgelmuziek, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • or·gel·mu·ziek
enkelvoud meervoud
naamwoord orgelmuziek
verkleinwoord orgelmuziekje orgelmuziekjes

de orgelmuziekv

  1. (muziek) composities gemaakt voor een orgel
  2. (muziek) geluid gemaakt door een orgel
     Het orgel stamt uit de jaren 1730 en bestaat uit bijna 8000 pijpen. Organist Kees Nottrot uit Bolsward is al tientallen jaren bevriend met Olivier Latry, de organist van de Notre-Dame. Nottrot gaf er drie concerten. Tegen de Leeuwarder Courant vertelt hij hoe bijzonder het orgel is. "Of je nu van orgelmuziek houdt of niet, de klanken van het orgel van de Notre-Dame overrompelen iedereen. Het orgel is onvervangbaar."[2]
     Iedereen die wel eens naar een ijshockeywedstrijd van de NHL is geweest, kent het fenomeen: de orgelmuziek tijdens de dode spelmomenten. Als de puck uit het spel is, moet het publiek vermaakt worden, en dus klinkt dan het orgel of andere muziek. Zo plots als de muziek begint, zo abrupt houdt die ook weer op.[3]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Bronlink geraadpleegd op 17 november 2022 Weblink bron “Orgel overleeft de brand” (Dinsdag 16 april 2019, 11:12), NOS
  3. Bronlink geraadpleegd op 17 november 2022 Weblink bron “IJshockey-organist bespeelt publiek” (Zondag 21 februari 2010, 21:54), NOS