Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
overvoer. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
overvoer, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
overvoer in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
overvoer is hier. De definitie van het woord
overvoer zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
overvoer, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
overvoer
- enkelvoud verleden tijd van overvaren
- Ik overvoer.
- Jij overvoer.
- Hij, zij, het overvoer.
óvervoer
- (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van overvaren
- ... dat ik overvoer.
- ... dat jij overvoer.
- ... dat hij, zij, het overvoer.
overvoer
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van overvoeren
- gebiedende wijs van overvoeren
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van overvoeren
óvervoer
- (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van overvoeren