pafferigheid

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord pafferigheid. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord pafferigheid, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je pafferigheid in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord pafferigheid is hier. De definitie van het woord pafferigheid zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanpafferigheid, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • paf·fe·rig·heid
enkelvoud meervoud
naamwoord pafferigheid pafferigheden
verkleinwoord

de pafferigheidv

  1. de mate waarin iemand een opgeblazen uiterlijk heeft
     En in het aangezicht van de reële stad achter het raam en de imaginaire in de zaal, en ook door een zekere gelijkenis, opgeroepen door de algehele doodse pafferigheid alsof iedereen het aan zijn schildklier had, moest Joeri Andrejevitsj door een onbegrijpelijke koppeling van ideeën vreemd genoeg denken aan de misnoegde wisselwachtster bij het spoor van Joerjatin op de ochtend van hun aankomst, en aan het hele panorama van de stad in de verte, aan Samdevjatov naast hem op de vloer van de wagon en aan wat die hem had uitgelegd.[2]
     Bij binnenkomst vallen direct zijn zelfportretten op. Rembrandt had niet de behoefte om zichzelf te schilderen als een jonge god. Na de Nachtwacht had hij ellende genoeg meegemaakt. Hij had dierbaren verloren en al zijn geld er doorheen gejaagd. Hij penseelde zijn eigen neergang: de pafferigheid, de rimpels.[3]