niet te stroken met de feiten. 1. in overeenstemming zijn met de stroken mv meervoud van het zelfstandig naamwoord strook Het woord stroken staat...
1, strook 2. strook stof of papier strook eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van stroken Ik strook. gebiedende wijs van stroken Strook...
Geluid: stroke (hulp, bestand) stro·ke stroke aanvoegende wijs van stroken Geluid: stroke (VS) (hulp, bestand) IPA: /stroʊk/ stroke beroerte «She...
Geluid: gestrookt (hulp, bestand) ge·strookt vervoeging van stroken: de stam met omvoegsel ge- -t gestrookt voltooid deelwoord van stroken...
van stroken Jij strookt. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van stroken Hij strookt. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van stroken Strookt...
Geluid: strookte (hulp, bestand) strook·te strookte enkelvoud verleden tijd van stroken Ik strookte. Jij strookte. Hij, zij, het strookte. ...
Geluid: strookten (hulp, bestand) strook·ten strookten meervoud verleden tijd van stroken Wij strookten. Jullie strookten. Zij strookten. ...
stro·ken·de strokende verbogen vorm van strokend, het onvoltooid deelwoord van stroken Het woord strokende staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse...
groenstrook (hulp, bestand) groen·strook samenstelling van groen en strook de groenstrook v / m een strook die met planten en bomen beplant is....