tobster
Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord tobster. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord tobster, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je tobster in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord tobster is hier. De definitie van het woord tobster zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vantobster, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- tob·ster
- Naamwoord van handeling van tobben met het achtervoegsel -ster[1]
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | tobster | tobsters |
| verkleinwoord |
de tobster v
- vrouw met veel zorgen; vrouw die zich veel zorgen maakt
- Bij die ontmoeting in Luik moet de baronesse Van Wijnbergen in Dekkers ogen ‘de arme tobster’ geworden zijn die zich alleen als de heldin van Havelaar kon handhaven door gescheiden van haar man een leven van volslagen onderworpenheid en zelfverloochening te leiden en gedoemd was door die zelfverloochening het schuldgevoel waardoor dit overprikkeld geweten zijn leven lang meer gekweld werd dan door al zijn schulden, nog te verzwaren. [2]
- Het woord 'tobster' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "tobster" herkend door:
| 78 % | van de Nederlanders; |
| 73 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Tubantia (1977)–Jan Romein, Annie Romein-Verschoor Erflaters van onze beschaving
- ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
