Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
transitief werkwoord. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
transitief werkwoord, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
transitief werkwoord in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
transitief werkwoord is hier. De definitie van het woord
transitief werkwoord zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
transitief werkwoord, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
het transitief werkwoord o
- (grammatica) een werkwoord met een object (lijdend of meewerkend voorwerp)
- - In zinnen met een transitief werkwoord moet het subject noodzakelijk bekend verondersteld worden.
- - Want hoewel we misschien om de wonderlijke charme van zijn definitie van 'olifant' lachen, of van 'haver' (een graangewas dat in Engeland over het algemeen aan paarden wordt gegeven, maar in Schotland de mensen voedt') of 'lexicograaf (een schrijver van woordenboeken; een onschadelijke zwoeger die zich bezighoudt met het opsporen van de oorsprong en het nauwkeurig beschrijven van de betekenis van woorden'), we kunnen alleen maar versteld staan van zijn aanpak van, zeg maar, het werkwoord take. Johnson gaf met ondersteunende citaten niet minder dan 113 betekenissen van de transitieve vorm van dit werkwoord en 21 van de intransitieve. [1]
- ↑
Winchester, Simon
De gekwelde woordenaar vertaald door Peter Out 1998 ISBN 90-254-2146-6 pagina 105