uitpraat

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord uitpraat. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord uitpraat, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je uitpraat in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord uitpraat is hier. De definitie van het woord uitpraat zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanuitpraat, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • uit·praat
vervoeging van
uitpraten

uitpraat

  1. (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitpraten
    • ... dat ik uitpraat. 
  2. (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitpraten
    • ... dat jij uitpraat. 
  3. (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitpraten
    • ... dat hij uitpraat.