Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
vastliep. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
vastliep, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
vastliep in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
vastliep is hier. De definitie van het woord
vastliep zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
vastliep, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
vastliep
- (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van vastlopen
- ... dat ik vastliep.
- ... dat jij vastliep.
- ... dat hij, zij, het vastliep.