weekendje
Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord weekendje. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord weekendje, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je weekendje in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord weekendje is hier. De definitie van het woord weekendje zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanweekendje, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- week·end·je
het weekendje o
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord weekend
- ▸ Ik heb nooit alleen gewoond, ik ben altijd met anderen op pad en ik ga met mijn gezin op vakantie of met vrienden een weekendje weg.[1]
- Het woord weekendje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
