10 Resultaten gevonden voor "zeilde".

zeilde

Geluid:  zeilde    (hulp, bestand) zeil·de zeilde enkelvoud verleden tijd van zeilen Ik zeilde.  Jij zeilde.  Hij, zij, het zeilde.  ▸ Slechts twee jaar...


zeilde aan

Geluid:  zeilde aan    (hulp, bestand) zeil·de aan zeilde aan enkelvoud verleden tijd van aanzeilen Ik zeilde aan.  Jij zeilde aan.  Hij, zij, het zeilde aan...


zeilde in

Geluid:  zeilde in    (hulp, bestand) zeil·de in zeilde in enkelvoud verleden tijd van inzeilen Ik zeilde in.  Jij zeilde in.  Hij, zij, het zeilde in. ...


zeilde uit

Geluid:  zeilde uit    (hulp, bestand) zeil·de uit zeilde uit enkelvoud verleden tijd van uitzeilen Ik zeilde uit.  Jij zeilde uit.  Hij, zij, het zeilde uit...


zeilde om

Geluid:  zeilde om    (hulp, bestand) zeil·de om uit zeilde (werkwoord) en om, hiertussen kunnen nog andere woorden staan zeilde om enkelvoud verleden...


zeilde af

Geluid:  zeilde af    (hulp, bestand) zeil·de af zeilde af enkelvoud verleden tijd van afzeilen Ik zeilde af.  Jij zeilde af.  Hij, zij, het zeilde af. ...


zeilde mee

Geluid:  zeilde mee    (hulp, bestand) zeil·de mee uit zeilde (werkwoord) en mee, hiertussen kunnen nog andere woorden staan zeilde mee enkelvoud verleden...


zeilde weg

Geluid:  zeilde weg    (hulp, bestand) zeil·de weg uit zeilde (werkwoord) en weg, hiertussen kunnen nog andere woorden staan zeilde (...) weg enkelvoud...


zeilde binnen

Geluid:  zeilde binnen    (hulp, bestand) zeil·de bin·nen uit zeilde (werkwoord) en binnen, hiertussen kunnen nog andere woorden staan zeilde (...) binnen...


zeilden

Geluid:  zeilden    (hulp, bestand) zeil·den zeilden meervoud verleden tijd van zeilen Wij zeilden.  Jullie zeilden.  Zij zeilden. ...