zwartharige vachtegel

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord zwartharige vachtegel. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord zwartharige vachtegel, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je zwartharige vachtegel in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord zwartharige vachtegel is hier. De definitie van het woord zwartharige vachtegel zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanzwartharige vachtegel, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.

Nederlands

Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • zwart·ha·ri·ge vacht·egel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zwartharige vachtegel zwartharige vachtegels
verkleinwoord zwartharig vachtegeltje zwartharige vachtegeltjes

Zelfstandig naamwoord

de zwartharige vachtegelm

  1. (cloacadieren) Zaglossus bartoni op Wikispecies een van de drie nog levende soorten van het geslacht Zaglossus
     De orde Monotremata bestaat uit twee subordes; de Platypoda, met alsenige familie de Ornithorhynchidae, waarvan het vogelbekdier (Ornithor-hynchus anatinus) de enige overgebleven soort is, en de Tachyglossa metals enige familie de Tachyglossidae, waarvan vier soorten nu nog bestaan: de mierenegel (Tachyglossus aculea-tus), de gewone vachtegel (Zaglossusbruijni), de zwartharige vachtegel (Z.bartoni) en Attenborough’s vachtegel (Z. attenboroughi).
Hyperoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 10 juli 2022 “IN DEN BEGINNE...EVOLUTIE VAN DE ZOOGDIEREN DEEL 1” (april 2012), natuurtijdschriften.nl