10 Resultaten gevonden voor "dum".

dum

dum terwijl dum terwijl dum (temporeel) terwijl (meestal met indicatief praesens); zolang (als); (temporeel) totdat; (conditioneel) in zoverre als, mits...


dům

IPA: /duːm/ dům dům monbezield (bouwkunde)(wonen) huis; gebouw bestemd om in te wonen «Domů v Česká republika jsou velmi velké.» De huizen in de Tsjechië...


-dum

-dum na "o" of "u" . fungeert als de eerste persoon enkelvoud verleden tijd van het koppelwerkwoord: was komt voor in de eerste persoon enkelvoud van...


-düm

-düm na "ö" of "ü" . fungeert als de eerste persoon enkelvoud van de verleden tijd het koppelwerkwoord: was komt voor in de eerste persoon enkelvoud van...


dum ke

dum ke terwijl...


dume

dume m duim...


yudum

yu·dum yudum slok, teug...


dumdumkogels

Geluid:  dumdumkogels    (hulp, bestand) dum·dum·ko·gels de dumdumkogels mv meervoud van het zelfstandig naamwoord dumdumkogel Het woord dumdumkogels...


yudumdan

yu·dum·dan yudumdan ablatief enkelvoud van yudum...


yudumda

yu·dum·da yudumda locatief enkelvoud van yudum...