bootsen

Borrowed from Picard Old French bocer (“to form, to make a work of art in relief”), for which see modern French bosseler (“to emboss”). See also boetseren.

• IPA^(key): /ˈboːt.sə(n)/

• Audio:

  (file)

• Hyphenation: boot‧sen
• Rhymes: -oːtsən

bootsen

1. (obsolete) to model, replicate, simulate
   • 1849 September 6, “Het Nederlandsch Taal- en Letterkundig Congres. Tweede brief van iemant in Gent, aan iemant in Amsterdam.”, in De Tijd : godsdienstig-staatkundig dagblad‎, 's-Hertogenbosch, page 2:

     den geliefkoosden held der Vlaamsche burgerij met zijne kolossale vormen in nagemaakt koper gebootst

     the beloved hero of the Flemish bourgeoisie with his colossal forms modelled in imitation copper

   • 1861 August 18, “DE TENTOONSTELLING VAN NIJVERHEID”, in Surinaamsch weekblad‎, Paramaribo, page 1:

     De voorwerpen uit was geboetseerd en hier ingezonden zijn zoo natuurlijk, zoo bedriegelijk gebootst, dat eenige dames de verzekering van den oppasser behoefden, "dat alles uit witte was vervaardigd was," om te kunnen gelooven.

     The objects modelled in wax and submitted here are so naturally, so deceptively modelled, that some ladies needed the assurance of the attendant "that everything was made of white wax" in order to believe.

   • 1869 April 2, “ROMEINSCHE BRIEVEN”, in De Tijd : godsdienstig-staatkundig dagblad‎, 's-Hertogenbosch, page 2:

     Wie het niet wist, moest het reeds bemerkt hebben aan de tallooze vaandeldragende lammertjes, in suiker gebootst en achter de glazen van elke pastieceria of zelfs eener fabbrica de pasta tentoongesteld.

     Anyone who did not know should have noticed it already from the countless flag-bearing lambs, modelled in sugar and displayed behind the windows of every pastiecceria or even a fabbrica de pasta.