opvallen

Hello, you have come here looking for the meaning of the word opvallen. In DICTIOUS you will not only get to know all the dictionary meanings for the word opvallen, but we will also tell you about its etymology, its characteristics and you will know how to say opvallen in singular and plural. Everything you need to know about the word opvallen you have here. The definition of the word opvallen will help you to be more precise and correct when speaking or writing your texts. Knowing the definition ofopvallen, as well as those of other words, enriches your vocabulary and provides you with more and better linguistic resources.

Dutch

Etymology

From op +‎ vallen.

Pronunciation

  • Audio:(file)

Verb

opvallen

  1. to stand out
    Hij valt graag op.He likes to stand out.
  2. (impersonal) to notice
    Het was me niet opgevallen.I didn't notice.

Conjugation

Conjugation of opvallen (strong class 7, separable)
infinitive opvallen
past singular viel op
past participle opgevallen
infinitive opvallen
gerund opvallen n
main clause subordinate clause
present tense past tense present tense past tense
1st person singular val op viel op opval opviel
2nd person sing. (jij) valt op, val op2 viel op opvalt opviel
2nd person sing. (u) valt op viel op opvalt opviel
2nd person sing. (gij) valt op vielt op opvalt opvielt
3rd person singular valt op viel op opvalt opviel
plural vallen op vielen op opvallen opvielen
subjunctive sing.1 valle op viele op opvalle opviele
subjunctive plur.1 vallen op vielen op opvallen opvielen
imperative sing. val op
imperative plur.1 valt op
participles opvallend opgevallen
1) Archaic. 2) In case of inversion.

Anagrams