uitgooien

Hello, you have come here looking for the meaning of the word uitgooien. In DICTIOUS you will not only get to know all the dictionary meanings for the word uitgooien, but we will also tell you about its etymology, its characteristics and you will know how to say uitgooien in singular and plural. Everything you need to know about the word uitgooien you have here. The definition of the word uitgooien will help you to be more precise and correct when speaking or writing your texts. Knowing the definition ofuitgooien, as well as those of other words, enriches your vocabulary and provides you with more and better linguistic resources.

Dutch

Etymology

From uit +‎ gooien.

Pronunciation

  • Audio:(file)

Verb

uitgooien

  1. to remove (from a premises), throw out (general)
  2. to cast (throw a fishing line or net into the water)

Conjugation

Conjugation of uitgooien (weak, separable)
infinitive uitgooien
past singular gooide uit
past participle uitgegooid
infinitive uitgooien
gerund uitgooien n
main clause subordinate clause
present tense past tense present tense past tense
1st person singular gooi uit gooide uit uitgooi uitgooide
2nd person sing. (jij) gooit uit, gooi uit2 gooide uit uitgooit uitgooide
2nd person sing. (u) gooit uit gooide uit uitgooit uitgooide
2nd person sing. (gij) gooit uit gooide uit uitgooit uitgooide
3rd person singular gooit uit gooide uit uitgooit uitgooide
plural gooien uit gooiden uit uitgooien uitgooiden
subjunctive sing.1 gooie uit gooide uit uitgooie uitgooide
subjunctive plur.1 gooien uit gooiden uit uitgooien uitgooiden
imperative sing. gooi uit
imperative plur.1 gooit uit
participles uitgooiend uitgegooid
1) Archaic. 2) In case of inversion.

Descendants

  • Negerhollands: gooi ut, gooj yt

Anagrams