afgrijzen

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord afgrijzen. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord afgrijzen, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je afgrijzen in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord afgrijzen is hier. De definitie van het woord afgrijzen zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanafgrijzen, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • af·grij·zen
  • In de betekenis van ‘afschuw’ voor het eerst aangetroffen in 1440 [1]
  • Afgeleid van het verouderde werkwoord afgrijzen (verg. griezelen) [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord afgrijzen -
verkleinwoord - -

het afgrijzeno

  1. een gevoel van ontzetting en afkeer
    • Ik keek met afgrijzen naar het gebeurde ongeval. 
     Zijn gezicht was een masker van afgrijzen.[3]
95 % van de Nederlanders;
91 % van de Vlamingen.[4]