afschrijvingskosten
Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord afschrijvingskosten. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord afschrijvingskosten, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je afschrijvingskosten in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord afschrijvingskosten is hier. De definitie van het woord afschrijvingskosten zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanafschrijvingskosten, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- af·schrij·vings·kos·ten
- samenstelling van afschrijving zn en kosten zn met het invoegsel -s- [1]
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | afschrijvingskosten | |
| verkleinwoord |
de afschrijvingskosten mv
- waardevermindering van kapitaalgoederen en andere bezittingen uitgedrukt in een geldbedrag
- ▸ Die extra dag leidt namelijk tot allerlei extra kosten voor een gezin, zegt het Nibud: onder meer boodschappen (23 euro), elektriciteit en water (5 euro) en afschrijvingskosten voor meubels, apparaten en kleding. In totaal gaat het om zo'n 60 euro.[2]
- ▸ "Maar veel van de kosten betreffen doorlopende contracten, afschrijvingskosten, huur- en onderhoudskosten. Die zijn binnen het betaald voetbal niet eenvoudig te beperken. Om dat allemaal op te vangen, is dan ook hulp en samenwerking met de overheid nodig om het voortbestaan van de sector te kunnen waarborgen."[3]
- Het woord afschrijvingskosten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑
Weblink bron “Schrikkeldag kost gezin zo'n 13 euro” (Vrijdag 26 februari 2016, 06:00), NOS
- ↑ Weblink bron “KNVB roept hulp overheid in, vreest dat schade oploopt tot 400 miljoen” (Zondag 26 april 2020, 14:22), NOS
