afvroegen

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord afvroegen. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord afvroegen, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je afvroegen in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord afvroegen is hier. De definitie van het woord afvroegen zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanafvroegen, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • af·vroe·gen
vervoeging van
afvragen

afvroegen

  1. (in een bijzin) meervoud verleden tijd van zich afvragen
    • ...dat wij ons afvroegen. 
    • ...dat jullie je afvroegen. 
    • ...dat zij zich afvroegen. 
  1.  Een ogenblik bleef ze om zich heen staan kijken, terwijl wij allemaal onze adem inhielden en ons afvroegen of we ons wel behoorlijk verborgen hadden.[1]


  1. Victoria Holt
    “De Engelse gouvernante” (1981), Saga, ISBN 9788726484823