bewoog

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord bewoog. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord bewoog, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je bewoog in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord bewoog is hier. De definitie van het woord bewoog zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanbewoog, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • be·woog
vervoeging van
bewegen

bewoog

  1. enkelvoud verleden tijd van bewegen
    • Ik bewoog. 
    • Jij bewoog. 
    • Hij, zij, het bewoog. 
99 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[1]
  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be