Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
bijenboer. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
bijenboer, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
bijenboer in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
bijenboer is hier. De definitie van het woord
bijenboer zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
bijenboer, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
de bijenboer m
- iemand die bijen houdt
- Met 400 volken is de Rhenense bijenboer de grootste beroepsimker van Nederland. [2]
- Je hoefde geen zesde zintuig te hebben om te weten dat het niets zou worden tussen bijenboer Jeroen Deboeverie (21) uit Bissegem en Stephanie: hun verstandhouding had tijdens de vakantie op Ibiza al het vriespunt bereikt. Jeroen was niet meer bereikbaar voor commentaar over het programma. [3]
81 % |
van de Nederlanders;
|
79 % |
van de Vlamingen.[4]
|