bijwijf

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord bijwijf. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord bijwijf, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je bijwijf in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord bijwijf is hier. De definitie van het woord bijwijf zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanbijwijf, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • bij·wijf
enkelvoud meervoud
naamwoord bijwijf bijwijven
verkleinwoord bijwijfje bijwijfjes

het bijwijfo

  1. een vrouw die buiten de huwelijkse staat in gemeenschap met een man leeft
     Over vruchtbaarheidsstimulerende maatregelen zegt de Bijbel niet zo veel. Sara nam eerder het heft in eigen hand en regelde een bijwijf voor haar man. De dochters van Lot kregen kinderen bij hun vader.[3]
     Eveneens inconsequent was de omgang met het woord ”wijf”. De Statenvertalers gebruikten ”vrouw” als aanduiding van het geslacht en ”wijf” voor een echtgenote. De Jongbloededitie nam dit onderscheid weg door in beide gevallen ”vrouw” te plaatsen. Inconsequent was dat een tweede vrouw een ”bijwijf” bleef.[4]
  2. een vrouw waarmee men een seksuele relatie heeft naast de wettige echtgenote
46 % van de Nederlanders;
29 % van de Vlamingen.[5]
  1. bijwijf op website: Etymologiebank.nl
  2. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  3. Bronlink Weblink bron
    Dr. Dirk de Korne
    “Geen kinderen?” (22-05-2013), Reformatorisch Dagblad
  4. Bronlink Weblink bron
    Dr. Pieter Rouwendal
    “Statenvertaling kan begrijpelijker worden zonder karakterverlies” (18-01-2018), Reformatorisch Dagblad
  5. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be