bindster

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord bindster. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord bindster, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je bindster in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord bindster is hier. De definitie van het woord bindster zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanbindster, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • bind·ster
enkelvoud meervoud
naamwoord bindster bindsters
verkleinwoord bindstertje bindstertjes

de bindsterv

  1. (landbouw) (beroep) (verouderd) vrouw die het gemaaide graan bijeen bindt
    • Boerenkielen, knipmutsen en accordeonmuziek maken de Twentse gemoedelijkheid compleet. Even verderop zijn Jan Busscher, Bennie Veldhuis en Gerard Wassink en bindster Annie Busscher druk met de oogst. Maaien met de zig, dorsen op met de knuppel op de vloer en het kaf van het koren scheiden in de kafmolen. [2] 
    • En dan de dorpsklok die klept plus de forse maaiers die zich staan te bekruisen met de rappe bindsters, het lijkt op de negentiende eeuw vertolkt door iemand die in een later eeuw achteromkijkt. [3] 
86 % van de Nederlanders;
85 % van de Vlamingen.[4]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Tubantia Marthy Rothe 22-07-12 De tijd vliegt op oogstdag Hof Espelo
  3. NRC Gerrit Komrij 19 september 2002 KOST EN INWONING
  4. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be