boffer

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord boffer. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord boffer, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je boffer in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord boffer is hier. De definitie van het woord boffer zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanboffer, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.

Nederlands

Uitspraak

Geluid: boffer (hulp, bestand)

Woordafbreking

bof·fer

Woordherkomst en -opbouw

afgeleid van boffen met het achtervoegsel -er

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	boffer	boffers
verkleinwoord	-	-

Zelfstandig naamwoord

de boffer m

iemand wie alles meezit, een bofkont
een toevallig gelukje, een bof

Vertalingen

1. iemand wie alles meezit, een bofkont

Duits: Glückspilz ^(de) m

IJslands: heppnismaður ^(is) m

Gangbaarheid

Het woord boffer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "boffer" herkend door:

84 %	van de Nederlanders;
76 %	van de Vlamingen.^[1]

Verwijzingen

↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be

Enciclo

Wikious

Sapientia

Scientia

Boobota

Anandapedia

Sagapedia

Wikithot