boosheid

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord boosheid. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord boosheid, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je boosheid in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord boosheid is hier. De definitie van het woord boosheid zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanboosheid, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • boos·heid
  • Afgeleid van boos met het achtervoegsel -heid.
enkelvoud meervoud
naamwoord boosheid boosheden
verkleinwoord - -

de boosheidv

  1. de hoedanigheid van het boos zijn
    • Schelden uit boosheid. 
  2. de hoedanigheid van het kwaadaardig zijn
99 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[1]
  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be