bouffer

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord bouffer. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord bouffer, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je bouffer in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord bouffer is hier. De definitie van het woord bouffer zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanbouffer, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
stamtijd
infinitief verleden
tijd
voltooid
deelwoord
bouffer
bouffais
bouffé
eerste groep volledig

bouffer

  1. (spreektaal) eten, bikken, schransen
    «Qu’est qu’on bouffe? J'ai trop la dalle!»
    Wat eten we? Ik heb ontzettend trek!
    «Ce soir, on a bouffé comme des cochons!»
    Die avond hebben we ons te barsten gevreten! [1]
  2. (spreektaal) haten
    «Ces gens-là veulent juste bouffer du patron.»
    Die lui hebben alleen maar een hekel aan hun bazen. [1]