Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
brannte. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
brannte, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
brannte in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
brannte is hier. De definitie van het woord
brannte zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
brannte, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- IPA: brannte: / bʀantə /
- IPA: brannte ab: / bʀantə ˈap /
- IPA: brannte an: / bʀantə ˈan /
- IPA: brannte auf: / bʀantə ˈauf /
- IPA: brannte durch: / bʀantə ˈdʊrç /
- brann·te
- brann·te ab
- brann·te an
- brann·te auf
- brann·te durch
brannte
- eerste persoon enkelvoud verleden tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van brennen
brannte
- derde persoon enkelvoud verleden tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van brennen
brannte
- bijzinvorm eerste persoon enkelvoud verleden tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van brennen
brannte
- bijzinvorm derde persoon enkelvoud verleden tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van brennen
brannte ab
- eerste persoon enkelvoud verleden tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van abbrennen
brannte ab
- derde persoon enkelvoud verleden tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van abbrennen
brannte ab
- bijzinvorm eerste persoon enkelvoud verleden tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van abbrennen
brannte ab
- bijzinvorm derde persoon enkelvoud verleden tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van abbrennen
brannte an
- eerste persoon enkelvoud verleden tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van anbrennen
brannte an
- derde persoon enkelvoud verleden tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van anbrennen
brannte an
- bijzinvorm eerste persoon enkelvoud verleden tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van anbrennen
brannte an
- bijzinvorm derde persoon enkelvoud verleden tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van anbrennen
brannte auf
- eerste persoon enkelvoud verleden tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van aufbrennen
brannte auf
- derde persoon enkelvoud verleden tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van aufbrennen
brannte auf
- bijzinvorm eerste persoon enkelvoud verleden tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van aufbrennen
brannte auf
- bijzinvorm derde persoon enkelvoud verleden tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van aufbrennen
brannte durch
- eerste persoon enkelvoud verleden tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van durchbrennen
brannte durch
- derde persoon enkelvoud verleden tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van durchbrennen
brannte durch
- bijzinvorm eerste persoon enkelvoud verleden tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van durchbrennen
brannte durch
- bijzinvorm derde persoon enkelvoud verleden tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van durchbrennen