Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
carcinoom. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
carcinoom, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
carcinoom in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
carcinoom is hier. De definitie van het woord
carcinoom zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
carcinoom, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘kankergezwel’ voor het eerst aangetroffen in 1847 [1]
- afgeleid van het Griekse 'karkinōma' (kanker) (met het achtervoegsel -oom) [2]
het carcinoom o
- (medisch) kankergezwel, bestaande uit epitheelcellen
- ▸ Daisy Zegers (31) heeft myoepitheliaal carcinoom, een kankersoort in de weke delen van het lichaam. Dus in de spieren, zenuwen en bindweefsel.[3]
- ▸ Jaarlijks krijgen zo'n 13.000 mensen de diagnose longkanker. Bij ongeveer de helft van de patiënten komt het pas zover als er al uitzaaiingen zijn. De genezingskans is dan veel kleiner en artsen kunnen over het algemeen niet veel meer doen dan het carcinoom met medicijnen afremmen en onder controle brengen van het ziekteproces. Vroege ontdekking van de ziekte is dus van groot belang.[4]
- adenocarcinoom, basaalcelcarcinoom, bronchuscarcinoom, cervixcarcinoom, larynxcarcinoom, levercarcinoom, longcarcinoom, mammacarcinoom, ovariumcarcinoom, plaveiselcelcarcinoom, precarcinoom, prostaatcarcinoom, tongcarcinoom, uteruscarcinoom
69 % |
van de Nederlanders;
|
61 % |
van de Vlamingen.[5]
|